1 Samuël 9:27 SV1750

27 Toen zij afgegaan waren aan het einde der stad, zo zeide Samuel tot Saul: Zeg den jongen, dat hij voor onze aangezichten heenga; toen ging hij heen; maar sta gij als nu stil, en ik zal u Gods woord doen horen.

Lees verder hoofdstuk 1 Samuël 9

Uitzicht 1 Samuël 9:27 in verband