2 Koningen 5:11 SV1750

11 Maar Naaman werd zeer toornig, en toog weg, en zeide: Zie, ik zeide bij mij zelven: Hij zal zekerlijk uitkomen, en staan, en den Naam des HEEREN, Zijns Gods, aanroepen, en zijn hand over de plaats strijken, en den melaatse ontledigen.

Lees verder hoofdstuk 2 Koningen 5

Uitzicht 2 Koningen 5:11 in verband