13 Daartoe werd hij ook afvallig tegen den koning Nebukadnezar, die hem beedigd had bij God; en verhardde zijn nek, en verstokte zijn hart, dat hij zich niet bekeerde tot den HEERE, den God Israels.
Lees verder hoofdstuk 2 Kronieken 36
Uitzicht 2 Kronieken 36:13 in verband