32 Eljachba, de Saalboniet; van de zonen van Jazen, Jonathan;
33 Samma, de Harariet; Ahiam, de zoon van Sarar, de Harariet;
34 Elifelet, de zoon van Ahasbai, de zoon van een Maachathiet; Eliam, de zoon van Achitofel, de Giloniet;
35 Hezrai, de Karmeliet; Paerai, de Arbiet;
36 Jig-al, de zoon van Nathan, van Zoba; Bani, de Gadiet;
37 Zelek, de Ammoniet; Naharai, de Beerothiet, de wapendrager van Joab, den zoon van Zeruja;
38 Ira, de Jethriet; Gareb, de Jethriet;