Daniël 1:8 SV1750

8 Daniel nu nam voor in zijn hart, dat hij zich niet zou ontreinigen met de stukken van de spijs des konings, noch met den wijn zijns dranks; daarom verzocht hij van den overste der kamerlingen, dat hij zich niet mocht ontreinigen.

Lees verder hoofdstuk Daniël 1

Uitzicht Daniël 1:8 in verband