31 Gij zult alzo niet doen den HEERE, uw God; want al wat den HEERE een gruwel is, dat Hij haat, hebben zij hun goden gedaan; want zij hebben ook hun zonen en hun dochteren met vuur verbrand voor hun goden.
Lees verder hoofdstuk Deuteronomium 12
Uitzicht Deuteronomium 12:31 in verband