13 Gij zult hem dat pand zekerlijk wedergeven, als de zon ondergaat, dat hij in zijn kleed nederligge, en u zegene; en het zal u gerechtigheid zijn voor het aangezicht des HEEREN, uws Gods.
Lees verder hoofdstuk Deuteronomium 24
Uitzicht Deuteronomium 24:13 in verband