Deuteronomium 29:18 SV1750

18 Dat onder ulieden niet zij een man, of vrouw, of huisgezin, of stam, die zijn hart heden wende van den HEERE, onzen God, om te gaan dienen de goden dezer volken; dat onder ulieden niet zij een wortel, die gal en alsem drage;

Lees verder hoofdstuk Deuteronomium 29

Uitzicht Deuteronomium 29:18 in verband