7 En dit is van Juda, dat hij zeide: Hoor, HEERE! de stem van Juda! en breng hem weder tot zijn volk; zijn handen moeten hem genoegzaam zijn, en zijt Gij hem een Hulp tegen zijn vijanden!
Lees verder hoofdstuk Deuteronomium 33
Uitzicht Deuteronomium 33:7 in verband