1 Vrouwen, daarom moeten jullie ook je man bescheiden en met liefde dienen. Ook als je getrouwd bent met een man die nog niet gehoorzaam is aan het woord. Als hij ziet hoe jij leeft, zal hij in de Heer gaan geloven. Je hoeft daar geen woorden voor te gebruiken.
2 Want hij zal zien dat je op een heilige manier leeft, vol ontzag voor God.
3 Vrouwen, onthoud dat het er niet om gaat dat jullie er van buiten mooi uitzien, met schitterende kapsels, dure sieraden en mooie kleren.
4 Zorg er liever voor dat jullie van binnen mooi zijn. Dat is veel belangrijker. Je bent pas werkelijk mooi als je vriendelijk en rustig bent. Dat is schoonheid die niet verdwijnt. God houdt van zulke schoonheid.
5 Want dat was wat de gelovige vrouwen van vroeger mooi maakte. Ze vertrouwden op God en dienden hun man bescheiden en met liefde.
6 Let bijvoorbeeld op Sara. Ze was Abraham gehoorzaam en noemde hem 'heer.' Jullie zijn echte dochters van haar, als jullie goed doen en je niet bang laten maken.
7 En mannen, daarom moeten jullie ook verstandig met je vrouw omgaan, zoals je voorzichtig bent met een breekbare kruik. Jullie moeten respect voor je vrouw hebben. Want ook de vrouwen zullen, samen met jullie, het eeuwige leven erven. Als jullie geen respect voor je vrouw hebben, zal God niet naar jullie gebeden luisteren.
8 Tenslotte: wees één met elkaar en wees zorgzaam voor elkaar. Houd van de broeders en zusters en wees vriendelijk en bescheiden.
9 Neem geen wraak voor wat andere mensen jullie aandoen. Nee, wees altijd voor iedereen goed en vriendelijk. Want dat is wat God wil. En dan zal Hij ook goed en vriendelijk voor jullie zijn.
10 Want [ er staat in de Boeken ]: "Als je van het leven houdt en gelukkig wil zijn, zorg er dan voor dat je geen slechte dingen zegt en dat je nooit liegt.
11 Blijf bij het kwaad vandaan en doe wat goed is. Doe je best om de vrede te bewaren en om vrede te brengen.
12 Want de Heer zorgt voor de mensen die leven zoals Hij het wil. Hij beantwoordt hun gebeden. Maar de Heer wil niets te maken hebben met mensen die slechte dingen doen."
13 Wie zal jullie kwaad doen, als jullie je best doen om goed te doen?
14 Maar zelfs als mensen jullie slecht behandelen omdat jullie doen wat God wil, dan zal dat toch heerlijk voor jullie zijn. Wees niet bang als de mensen jullie bedreigen. Laat je niet afschrikken.
15 Vertrouw met je hele hart op de Heer God. Wees altijd bereid om aan iedereen die er meer over wil weten, te vertellen over de zekerheid die jullie hebben. Maar doe dat wel vriendelijk en met respect.
16 Zorg dat jullie een zuiver geweten hebben. Want dan zullen de mensen die slechte dingen over jullie leven met Christus zeggen, voor schut komen te staan.
17 Want als God wil dat jullie lijden, is het beter om te lijden voor het doen van goede dingen, dan voor het doen van slechte dingen.
18 Ook Christus Zelf heeft één keer geleden voor de ongehoorzaamheid van de mensen. Hij was Zelf een onschuldig mens. Maar Hij werd gedood voor schuldige mensen. Zo kon Hij jullie bij God brengen.
19 Zijn lichaam werd gedood, maar zijn geest werd levend gemaakt. Zo ging Hij het goede nieuws vertellen aan de geesten die in [ het dodenrijk in ] de gevangenis zaten.
20 Dat zijn de geesten van de mensen die vroeger ongehoorzaam bleven aan God, ook al bleef God geduldig afwachten of ze alsnog naar Hem zouden willen luisteren. Dat was in de tijd dat Noach de boot bouwde waarin een klein aantal mensen (acht mensen om precies te zijn) door het water heen gered werd.
21 Ook jullie worden door het water heen gered. Namelijk door het water van de doop. De doop is niet iets wat het vuil van je lichaam afwast. Maar de doop is een gebed tot God, een gebed van een geweten dat zuiver is geworden. Jullie worden gered door de doop, doordat Jezus uit de dood is opgestaan.
22 En nadat Jezus uit de dood is opgestaan, is Hij naar de hemel gegaan en naast God gaan zitten. En alle engelen en machten en krachten moeten Hem nu gehoorzamen.