1 David vertrok vandaar en woonde in de berggrotten van En-Gedi.
2 Toen Saul terugkwam van de strijd tegen de Filistijnen, werd tegen hem gezegd: 'David is in de En-Gedi-woestijn.'
3 Toen ging Saul David en zijn mannen zoeken bij de Steenbok-rotsen. Hij nam 3000 van de beste soldaten uit Israël met zich mee.
4 Ze kwamen bij de stallen voor de schapen die daar langs de weg staan. Daar ging Saul een grot in, omdat hij naar de wc moest. Maar David en zijn mannen zaten achterin die grot.
5 Toen zeiden Davids mannen tegen hem: "Vandaag geeft de Heer je vijand in je macht. Dit is je kans om hem te doden!" David stond op en sneed stilletjes een punt van Sauls mantel af, zonder dat Saul het merkte.