12 Dan moeten de twee stenen in gouden zettingen op de schouderbanden van het priesterschort worden vastgezet. Ze stellen het volk Israël voor. Zo draagt Aäron hun namen op zijn schouders. Zo zal Ik aan het volk Israël denken als Aäron bij Mij komt.
13 Maak twee gouden bevestigingsplaatjes.
14 Daaraan komen twee kettinkjes van zuiver goud. Het moeten gouden koordjes worden, gevlochten kettinkjes.
15 Maak een borsttas. Het moet een prachtig kunstwerk worden. Maak hem van hetzelfde materiaal als het priesterschort. Dus van gouddraad, blauw, paars en rood draad en fijn linnen.
16 Hij moet van een vierkante lap gemaakt worden, van dubbele stof, 1 span [ (23 cm) ] lang en 1 span breed.
17 Vul de voorkant op met vier rijen edelstenen. De eerste rij met sardis, topaas en karbonkel.
18 De tweede rij met smaragd, saffier en diamant.