2 Langs het gebied van de stam van Dan, van het oosten tot het westen, krijgt de stam van Aser één deel.
3 Langs het gebied van de stam van Aser, van het oosten tot het westen, krijgt de stam van Naftali één deel.
4 Langs het gebied van de stam van Naftali, van het oosten tot het westen, krijgt de stam van Manasse één deel.
5 Langs het gebied van de stam van Manasse, van het oosten tot het westen, krijgt de stam van Efraïm één deel.
6 Langs het gebied van de stam van Efraïm, van het oosten tot het westen, krijgt de stam van Ruben één deel.
7 Langs het gebied van de stam van Ruben, van het oosten tot het westen, krijgt de stam van Juda één deel.
8 Langs het gebied van de stam van Juda begint het deel dat voor Mij is. Het moet 25.000 el breed zijn en van oost tot west moet het net zo lang zijn als de delen die de stammen krijgen. Het heiligdom zal in het midden liggen.