9 Ieder die oren heeft, moet luisteren.
10 Wie bestemd is voor gevangenschap, zal gevangengenomen worden. Wie bestemd is om met het zwaard gedood te worden, moet door het zwaard gedood worden. Daarom moeten zij die bij God horen standvastig blijven en hun geloof bewaren.
11 Ik zag nog een beest. Dat beest kwam op uit de aarde. Het had twee horens, net als een lam, en het sprak als een draak.
12 Het trad namens het eerste beest op en oefende dezelfde macht uit. Het dwong de aarde en haar bewoners het eerste beest, dat van zijn dodelijke wond genezen was, te aanbidden.
13 Dat tweede beest deed indrukwekkende tekenen: het liet voor de ogen van de mensen zelfs vuur uit de hemel regenen.
14 Door deze indrukwekkende dingen die het tweede beest namens het eerste beest deed, werden de bewoners van de aarde misleid. Het kreeg hen zover een standbeeld te maken van het beest dat ondanks zijn dodelijke wond was blijven leven.
15 Het tweede beest kreeg zelfs macht om het standbeeld te laten leven, zodat het kon spreken en iedereen kon laten doden die het niet wilde aanbidden.