1 Toen kreeg ik de volgende boodschap van de Here:
2 ‘Mensenzoon, zing dit klaaglied voor Tyrus:
3 “O machtige havenstad, handelscentrum van de wereld, de Oppermachtige Here spreekt. U zegt: ‘Ik ben de mooiste stad ter wereld.’
4 U beschouwde de zee als uw gebied, uw architecten hebben van u een prachtige stad gemaakt.
5 U bent als een schip, gebouwd van het beste cipressenhout uit Senir. Voor uw mast gebruikten ze een ceder uit de Libanon.
6 Uw roeiriemen maakten ze van eiken uit Basan. Het dek werd gemaakt van ivoor, gelegd in cipressenhout, afkomstig van Cyprus.
7 Uw zeilen zijn gemaakt van het beste geborduurde Egyptische linnen, u staat onder een dektent van met blauw en rood geverfde stof die uit het oosten van Cyprus komt.