1 Opnieuw kreeg ik een boodschap van de Here:
2 ‘Zeg tegen Israël: “In welke richting Ik ook kijk—oost, west, noord of zuid—het einde is gekomen voor uw land.
3 Het is zo ver! Ik laat mijn toorn op u los. Ik zal oordelen over uw gedrag en u zult boeten voor al uw goddeloze praktijken.
4 Ik zal u niet ontzien en geen medelijden tonen. Ik zal u al uw zonden betaald zetten en u zult erachter komen dat Ik de Here ben.