1 Dit zijn de nakomelingen van Sem, Cham en Jafet, de drie zonen van Noach, want na de watervloed werden hun zonen geboren.
2 De zonen van Jafet waren Gomer, Magog, Madai, Jawan, Tubal, Mesech en Tiras.
3 De zonen van Gomer waren Askenaz, Rifat en Togarma.
4 De zonen van Jawan waren Elisa, Tarsis, de Kittieten en de Dodanieten.
5 Hun nakomelingen werden de zeevaarders die langs de kust wonen en ieder een eigen taal hebben.
6 De zonen van Cham waren Kus, Misraïm, Put en Kanaän.
7 De zonen van Kus waren Saba, Chawila, Sabta, Rama en Sabtecha.