1 De Here verscheen opnieuw aan Abraham, die op dat moment bij het eikenbos van Mamre woonde. Op het heetst van de dag zat Abraham in de opening van zijn tent
2 en zag plotseling drie mannen aankomen. Hij kwam snel overeind en begroette hen.
3 ‘Mijn Heer,’ zei hij, ‘onderbreek uw reis hier even. Kijk eens, u kunt daar in de schaduw van die boom even uitrusten.
4 Ik zal dan water halen om uw voeten op te frissen en u wat eten geven, zodat u er weer tegen kunt.