15 Maar Lea antwoordde: ‘Was het niet genoeg dat je mijn man hebt afgepakt? Nu wil je zeker de liefdesappels van mijn zoon ook nog hebben!’ Rachel zei: ‘Nu zal hij vannacht met jou slapen, vanwege die liefdesappels.’
16 Die avond kwam Jakob thuis van het land en Lea ging hem tegemoet. ‘Je moet vannacht met mij slapen,’ zei ze, ‘want ik heb je eerlijk gehuurd voor de liefdesappels van mijn zoon.’ En Jakob sliep die nacht met haar.
17 God verhoorde Lea's gebeden en zij raakte weer in verwachting.
18 Zo kreeg zij haar vijfde zoon, die ze Issachar (Loon) noemde, want zij zei: ‘God heeft mij terugbetaald voor de dienares die ik aan mijn man heb gegeven.’
19 Daarna raakte zij in verwachting van haar zesde zoon.
20 Zij noemde hem Zebulon (Bijwoning), want zij vond: ‘God heeft mij goede gaven gegeven voor mijn man. Hij zal nu zeker bij mij willen wonen, want ik heb hem al zes zonen gegeven.’
21 Later kreeg Lea nog een dochter, die zij Dina noemde.