22 Ik vermaan u, broeders, houdt mij dit woord van vermaning ten goede, want ik schrijf u maar kort.
23 Weet, dat onze broeder Timoteüs in vrijheid gesteld is; als hij spoedig komt, zal ik met hem u bezoeken.
24 Groet al uw voorgangers en al de heiligen.De broeders uit Italië laten u groeten.
25 De genade zij met u allen.