3 Zeg tot Rechabeam, de zoon van Salomo, de koning van Juda, en tot geheel Israël, in Juda en Benjamin:
4 zó zegt de Here: gij zult optrekken noch strijden tegen uw broeders. Keert terug, ieder naar zijn huis, want door Mij is deze zaak geschied. Toen luisterden zij naar de woorden des Heren en keerden terug zonder tegen Jerobeam op te trekken.
5 Rechabeam woonde te Jeruzalem, en hij bouwde in Juda vestingsteden:
6 hij bouwde Betlehem, Etam, Tekoa,
7 Bet-Sur, Soko, Adullam,
8 Gat, Maresa, Zif,
9 Adoraïm, Lakis, Azeka,