Deuteronomium 21:16 NBG51

16 dan mag hij, wanneer hij zijn bezit aan zijn zonen vermaakt, aan de zoon der beminde niet het eerstgeboorterecht geven ten nadele van de zoon der niet-beminde, de eerstgeborene.

Lees verder hoofdstuk Deuteronomium 21

Uitzicht Deuteronomium 21:16 in verband