8 – Indien gij het niet weet,o, gij schoonste onder de vrouwen,volg dan de sporen der schapen,en weid uw geitenbij de verblijven der herders.
9 – Bij een merrie voor Farao’s wagensvergelijk ik u, mijn liefste!
10 Bekoorlijk zijn uw wangen tussen de sieraden,is uw hals in de snoeren.
11 Gouden sieraden zullen wij u makenmet balletjes van zilver.
12 – Zolang de koning aan zijn tafel is,geeft mijn nardus zijn geur.
13 Mijn geliefde is mij een bundeltje mirre,rustend tussen mijn borsten.
14 Mijn geliefde is mij een tros van hennabloemenin Engedi’s wijngaarden.