1 Komt, laat ons wederkeren tot de Here! Want Hij heeft verscheurd, en zal ons helen; Hij heeft geslagen, en zal ons verbinden.
2 Hij zal ons na twee dagen doen herleven, ten derden dage zal Hij ons oprichten, en wij zullen leven voor zijn aangezicht.
3 Ja, wij willen de Here kennen, ernaar jagen Hem te kennen. Zo zeker als de dageraad is zijn opgang. Dan komt Hij tot ons als de regen, als de late regen, die het land besproeit.
4 Wat zal Ik u aandoen, o Efraïm? Wat zal Ik u aandoen, o Juda? Immers uw liefde is als een morgenwolk, en als een dauw die in de vroegte vergaat.