24 Daarom luidt het woord van de Here, de Here der heerscharen, de Machtige Israëls: Wee, Ik zal wraak oefenen aan mijn tegenstanders en Ik wil Mij wreken op mijn vijanden;
25 Ik wil mijn hand tegen u keren en Ik zal uw slakken als met loog uitzuiveren en al uw looddelen verwijderen;
26 uw rechters zal Ik weer maken als weleer en uw raadsheren als in den beginne. Daarna zal men u noemen: stad der gerechtigheid, getrouwe veste.
27 Sion zal door recht verlost worden, en wie daaruit zich bekeren, door gerechtigheid;
28 maar er zal verplettering zijn van de overtreders en de zondaars tezamen, en wie de Here verlaten, zullen vergaan.
29 Want gij zult beschaamd worden over de terebinten die gij hebt begeerd, en gij zult schaamrood worden over de tuinen die gij verkoren hebt.
30 Want gij zult worden als een terebint waarvan het loof afvalt, en als een tuin die geen water heeft.