7 Zult gij ten gunste van God onrecht sprekenen ten behoeve van Hem bedrog?
8 Wilt gij zijn partij kiezen,optreden als pleitbezorgers voor God?
9 Zal het goed zijn, als Hij u onderzoekt;kunt gij Hem bedriegen, zoals men een sterveling bedriegt?
10 Streng zal Hij u straffen,indien gij heimelijk partij kiest.
11 Zal zijn hoogheid u niet verschrikkenen de schrik voor Hem u niet overvallen?
12 Uw uitspraken zijn spreuken van as,uw schilden worden schilden van leem.
13 Hoort mij zwijgend aan, dan wil ik spreken,overkome mij wat wil!