18 paarlemoer noch kristal komen (naast haar) in aanmerking,en het bezit van wijsheid gaat koralen te boven.
19 De chrysoliet uit Ethiopië kan haar niet evenaren,tegen louter, fijn goud kan zij niet geschat worden.
20 Deze wijsheid dan – vanwaar komt zij,en waar toch is de verblijfplaats van het inzicht?
21 Zij is onttrokken aan het oog van al wat leeft,zelfs voor het gevogelte des hemels is zij verborgen.
22 Het verderf en de dood zeggen:Met onze oren hebben wij haar gerucht vernomen.
23 God kent de weg tot haar,Hij weet haar verblijfplaats.
24 Want Hij schouwt tot de einden der aarde,wat onder de ganse hemel is, ziet Hij.