4 want waarlijk, mijn woorden zijn niet ijdel,een man met juist inzicht staat vóór u.
5 Zie, God is geweldig, maar acht niets gering,geweldig is Hij in kracht van verstand.
6 Hij laat de goddeloze niet in leven,maar verschaft recht aan de ellendigen;
7 Hij trekt van de rechtvaardige zijn ogen niet af,maar zet hen voor immer bij koningen op de troon,zodat zij hoog verheven zijn.
8 Maar zijn zij met ketenen gebonden,gevangen in banden van ellende,
9 dan brengt Hij hun hun daden onder het oogen hun overtredingen, omdat zij overmoedig handelen,
10 en opent Hij hun oor voor de vermaning,en gebiedt, dat zij zich bekeren van de boosheid.