49 van Jeser het geslacht der Jisrieten en van Sillem het geslacht der Sillemieten.
50 Dit waren de geslachten van Naftali, naar hun geslachten, en hun getelden waren vijfenveertigduizend vierhonderd.
51 Dit waren de getelden der Israëlieten: zeshonderdéénduizend zevenhonderd dertig.
52 En de Here sprak tot Mozes:
53 Onder dezen zal het land ten erfdeel worden verdeeld naar het aantal namen;
54 is dit groot, dan zult gij het erfdeel groot maken, en is dit klein, dan zult gij het erfdeel klein maken; overeenkomstig de getelden zal aan ieder zijn erfdeel gegeven worden.
55 Evenwel zal het land door het lot verdeeld worden; naar de namen van de stammen hunner vaderen zullen zij het erven;