9 Dan zult gij gerechtigheid en recht verstaan,ook rechtschapenheid, elke goede weg.
10 Want de wijsheid zal in uw hart komenen de kennis zal voor uw ziel liefelijk zijn;
11 bedachtzaamheid zal over u waken,verstandigheid zal u behoeden,
12 om u te redden van de boze weg,van de man die verkeerde dingen spreekt,
13 van hen die de rechte paden verlaten,om op duistere wegen te gaan;
14 die in kwaaddoen zich verheugen,juichen over boze draaierijen,
15 wier paden krom zijnen die op hun dwaalwegen gaan;