1 Wees niet afgunstig op booswichtenen begeer niet met hen te verkeren;
2 want hun hart bedenkt onderdrukking,hun lippen spreken onheil.
3 Door wijsheid wordt een huis gebouwd,door verstand wordt het bevestigd;
4 door kennis worden de kamers gevuldmet allerlei kostbaar en liefelijk bezit.
5 Een wijs man is sterk,een man van kennis betoont kracht;