Deuteronomium 26:1 SV1750

1 Voorts zal het geschieden, wanneer gij zult gekomen zijn in het land, dat u de HEERE, uw God, ten erve geven zal, en gij dat erfelijk zult bezitten, en daarin wonen;

Lees verder hoofdstuk Deuteronomium 26

Uitzicht Deuteronomium 26:1 in verband