23 Hij laat heersers en regeerders zien dat ze niets voorstellen.
24 Ze zijn nog maar nét aan de macht of Hij blaast hen weer weg. Ze zijn als jonge plantjes die nog maar net zijn geplant of uit zaad zijn opgekomen. Ze hebben nog maar net worteltjes gekregen en dan blaast de Heer er op zodat ze verdorren. Een storm neemt hen mee als stro.
25 "Met wie willen jullie Mij vergelijken? Wie is als Ik?" zegt de Heilige God.
26 Kijk omhoog naar de hemel: wie heeft dat allemaal gemaakt? Hij die door zijn macht alle sterren één voor één tevoorschijn roept, al zijn het er nog zo veel. Hij is geweldig machtig. Niet één ster ontbreekt als Hij roept.
27 Waarom, volk van Israël, zeg jij dan: 'De Heer weet niet wat er met ons gebeurt. Hij komt niet meer voor ons op.'
28 Weten jullie het dan niet? Hebben jullie het dan niet gehoord? De Heer is de Maker van de hele aarde. Hij is een eeuwige God. Hij wordt niet moe en raakt niet uitgeput. Hij is zóveel wijzer dan wij, dat wij Hem niet kunnen begrijpen.
29 Mensen die moe zijn, geeft Hij nieuwe kracht. Uitgeputte mensen maakt Hij weer sterk.