2 ‘Ik ben de Here, uw God, die u uit de slavernij in Egypte heeft bevrijd.
3 U mag geen andere goden aanbidden dan Mij.
4 U mag geen beeld of afbeelding maken van wat boven in de hemel of beneden op de aarde, noch van wat in de wateren onder de aarde is.
5 U mag niet voor dergelijke beelden neerknielen of deze vereren, want Ik, de Here, ben een jaloerse God, die de zonden van de vaders toerekent aan de kinderen, kleinkinderen en achterkleinkinderen van hen die Mij haten.
6 Maar Ik ben liefdevol voor hen die van Mij houden en mijn wetten gehoorzamen.
7 U mag de naam van de Here, uw God, niet zonder goede reden gebruiken, want de Here zal degene die dat wel doet, zeker straffen.
8 Onderhoud de sabbat als een heilige dag.