23 Ik zal de Egyptenaren verstrooien onder de volken en hen verspreiden over de landen.
24 De armen van de koning van Babel zal Ik sterk maken en mijn zwaard in zijn hand geven, maar de armen van Farao zal Ik breken, zodat hij voor hem kermen zal met het gekerm van een dodelijk gewonde.
25 Ja, de armen van de koning van Babel maak Ik sterk, maar de armen van Farao zullen neerzinken; en zij zullen weten, dat Ik de Here ben, wanneer Ik mijn zwaard in de hand van de koning van Babel geef en hij het over het land Egypte zwaait.
26 Ik zal de Egyptenaren verstrooien onder de volken en hen verspreiden over de landen. En zij zullen weten, dat Ik de Here ben.