1 ‘Zij zullen zeggen: “Kom, laten we teruggaan naar de Here. Hij heeft ons verscheurd, Hij zal ons ook genezen. Hij heeft ons geslagen, Hij zal ook onze wonden verbinden.
2 Hij zal ons na twee dagen weer overeind helpen en op de derde dag zullen wij, weer helemaal opgeknapt, met Hem leven.
3 Ja, wij verlangen naar de Here en Hij zal daarop reageren, zo zeker als de komst van dauw of regen in het vroege voorjaar.”
4 Wat zal Ik met u doen, Israël en Juda? Want uw liefde verdwijnt als wolken in de morgen en verdampt als dauw in de vroege ochtend.