7 Voor een korte tijd heb Ik u verstoten. Maar met een groot medelijden zal Ik u weer bij Mij laten terugkomen.
8 In een moment van toorn keerde Ik mijn gezicht voor een korte tijd van u af, maar met eeuwige ontfermende liefde zal Ik Mij over u ontfermen, zegt de Here, uw verlosser.
9 Net als in de tijd van Noach, toen Ik zwoer dat Ik de aarde nooit meer door een grote watervloed zou laten overstromen, zweer Ik nu dat Ik mijn toorn nooit meer zo over u zal uitgieten als nu het geval is.
10 Want de bergen kunnen wegzakken en de heuvels verdwijnen, maar mijn eeuwige ontfermende liefde zal u niet verlaten. Mijn belofte van vrede aan u zal nooit worden gebroken, zegt de Here, die Zich over u ontfermt.
11 Ach mijn mishandeld volk, uit het lood geslagen en diep in de problemen, Ik zal u herbouwen op een fundament van saffieren. De muren van uw huizen zal Ik van kostbare juwelen maken.
12 Ik zal uw torens van glinsterend agaat en uw poorten en muren van glanzend edelgesteente maken.
13 En al uw kinderen zal Ik, de Here, onderwijzen en zij zullen grote voorspoed hebben.