20 En zij zullen al uw broeders uit alle volken mee terugbrengen als een geschenk voor de Here, op paarden, in rijtuigen, op draagstoelen, muildieren en snelle kamelen, naar mijn heilige berg, naar Jeruzalem, zegt de Here. Het zal lijken op de offers die in de oogsttijd de tempel binnenstromen, gedragen in vaten, die aan de Here zijn gewijd.
21 En Ik zal enkelen van hen die terugkeren, aanwijzen als mijn priesters en Levieten, zegt de Here.
22 Zo zeker als mijn nieuwe hemel en aarde zullen bestaan, zo zeker zult u voor altijd mijn volk zijn, met een naam die nooit zal verdwijnen.
23 De hele mensheid zal Mij week in, week uit, maand in, maand uit komen aanbidden.
24 Zij zullen uitgaan en de dode lichamen zien van hen die tegen Mij opstonden, want de worm die aan hen knaagt zal nooit sterven, hun vuur zal niet doven en zij zullen een vreselijke aanblik vormen voor de hele mensheid.