1 Halleluja. Looft de Here, want Hij is goed,want zijn goedertierenheid is tot in eeuwigheid.
2 Wie kan de machtige daden des Heren uitspreken,al zijn lof doen horen?
3 Welzalig zij, die het recht onderhouden,die te allen tijde gerechtigheid doen.
4 Gedenk mijner, o Here, naar het welbehagen in uw volk,bezoek mij met uw heil,
5 opdat ik het goede voor uw uitverkorenen moge zien,mij verheugen met de vreugde van uw volk,mij beroemen met uw erfdeel.
6 Wij hebben gezondigd, evenzeer als onze vaderen,verkeerd gedaan, goddeloos gehandeld.