1 Voor de koorleider. Van David. Een psalm.O God, die ik loof, zwijg niet,
2 want een goddeloze en bedrieglijke mondhebben zij tegen mij opengedaan;zij spreken tegen mij met een leugentong,
3 met woorden van haat omringen zij mijen zij bestrijden mij zonder oorzaak;
4 tot loon voor mijn liefde weerstaan zij mij,maar ik ben een en al gebed;
5 zij laden kwaad op mij in plaats van goed,en haat tot loon voor mijn liefde.
6 Stel een goddeloze als rechter over hem,een aanklager sta aan zijn rechterhand;