3 Banden van de dood hadden mij omvangen,angsten van het dodenrijk hadden mij aangegrepen,ik ondervond benauwdheid en smart.
4 Maar ik riep de naam des Heren aan:Ach Here, red mijn leven.
5 Genadig is de Here en rechtvaardig,onze God is een ontfermer.
6 De Here bewaart de eenvoudigen;ik was verzwakt, maar Hij heeft mij verlost.
7 Keer weder, mijn ziel, tot uw rust,omdat de Here u heeft welgedaan.
8 Want Gij hebt mijn leven van de dood gered,mijn oog van tranen, mijn voet van aanstoot.
9 Ik zal wandelen voor het aangezicht des Herenin de landen der levenden.