5 Uit de benauwdheid heb ik tot de Here geroepen,de Here heeft mij geantwoorden mij in de ruimte gesteld.
6 De Here is met mij, ik zal niet vrezen;wat zou een mens mij doen?
7 De Here is met mij, onder mijn helpers,daarom zal ik op mijn haters neerzien.
8 Het is beter bij de Here te schuilendan op mensen te vertrouwen;
9 het is beter bij de Here te schuilendan op edelen te vertrouwen.
10 Alle volken omringden mij –in de naam des Heren heb ik ze neergehouwen;
11 zij omringden mij, ja, zij omsingelden mij –in de naam des Heren heb ik ze neergehouwen;