75 Ik weet, o Here, dat uw oordelen gerechtigheid zijn,en dat Gij in trouw mij hebt verdrukt.
76 Laat uw goedertierenheid mij tot vertroosting zijnnaar uw belofte aan uw knecht.
77 Uw barmhartigheid kome over mij, opdat ik leve,want uw wet is mijn verlustiging.
78 Laten de overmoedigen beschaamd worden,omdat zij mij onverdiend verdrukten;ik overdenk uw bevelen.
79 Laten zich tot mij wenden wie U vrezen,en wie uw getuigenissen kennen.
80 Mijn hart zij onverdeeld in uw inzettingen,opdat ik niet beschaamd worde.
81 Mijn ziel smacht naar uw heil,op uw woord hoop ik;