93 Nimmer zal ik uw bevelen vergeten,want door deze hebt Gij mij levend gemaakt.
94 Ik ben de uwe, verlos mij,want ik zoek uw bevelen.
95 Goddelozen loeren erop mij te verderven;ik geef acht op uw getuigenissen.
96 Aan alles, hoe volkomen ook, heb ik een einde gezien,maar uw gebod is onbegrensd.
97 Hoe lief heb ik uw wet!Zij is mijn overdenking de ganse dag.
98 Uw gebod maakt mij wijzer dan mijn vijanden,want het is altoos bij mij.
99 Ik ben verstandiger dan al mijn leermeesters,want uw getuigenissen zijn mij tot overdenking.