1 Een loflied van David.Ik zal U verhogen, mijn God, Gij Koning,ik zal uw naam prijzen voor altoos en immer;
2 te allen dage zal ik U prijzen,uw naam loven voor altoos en immer.
3 De Here is groot en zeer te prijzen,zijn grootheid is ondoorgrondelijk.
4 Geslacht aan geslacht zal uw werken roemen,zij zullen uw machtige daden verkondigen.
5 Ik zal van de heerlijke luister uwer majesteiten van uw wonderdaden gewagen.
6 Zij zullen spreken van de macht uwer geduchte daden,en uw grootheid wil ik vertellen.
7 Zij zullen de roem uwer grote goedheid verkondigen,en jubelen over uw gerechtigheid.