19 Zie, hoe talrijk zijn mijn vijanden,en met welk een boosaardige haat haten zij mij.
20 Bewaar toch mijn ziel en red mij;laat mij niet beschaamd worden, want bij U schuil ik.
21 Vroomheid en oprechtheid mogen mij behoeden,want U verwacht ik.
22 O God, verlos Israëluit al zijn benauwdheden.