1 Een psalm van David, toen hij vluchtte voor zijn zoon Absalom.
2 O Here, hoe talrijk zijn mijn tegenstanders;velen staan tegen mij op;
3 velen zeggen van mij:Hij vindt geen hulp bij God. sela
4 Maar Gij, Here, zijt een schild dat mij dekt,mijn eer, en die mijn hoofd opheft.