6 Welzalig de mensen wier sterkte in U is,in wier hart de gebaande wegen zijn.
7 Als zij trekken door een dal van balsemstruiken,maken zij het tot een oord van bronnen;ook hult de vroege regen het in zegeningen.
8 Zij gaan voort van kracht tot krachten verschijnen voor God in Sion.
9 Here, God der heerscharen, hoor mijn gebed,neem het ter ore, o God van Jakob! sela
10 O God, ons schild, zieen aanschouw het aangezicht van uw gezalfde.
11 Want één dag in uw voorhoven is beter dan duizend (elders);ik wil liever staan aan de drempel van het huis mijns Godsdan verblijven in de tenten der goddeloosheid.
12 Want de Here God is een zon en schild,de Here geeft genade en ere;het goede onthoudt Hij niet aan hendie onberispelijk wandelen.