2 Ik zorg ervoor dat ik zuiver leef.Komt U naar mij toe?Ik leef oprecht en eerlijk.
3 Ik denk niet aan onzuivere dingen.Ik haat de levenswandel van de zondaars.Daar houd ik mij verre van.
4 Iemand met een zondig hartmoet ver van mij wegblijvenen misdadigers wil ik niet kennen.
5 Wie stiekem kwaadspreekt over zijn kennissen,wil ik vernietigen.Wie hoogmoedig en trots is,kan ik niet verdragen.
6 Ik ben op zoek naar eerlijke mensen,die mogen bij mij wonen.Wie zuiver leeft, mag mij dienen.
7 Bedriegers mogen niet in mijn huis komenen leugenaars kan ik niet zien!
8 Elke dag opnieuw vernietig ikde ongelovigen in dit landen in Jeruzalem wil ik de zondaars uitroeien.