3 God, U bent mijn Koningen ik richt mij tot U.
4 Elke morgen kijk ik omhoog naar Uen wacht op uw antwoord,en U hoort mij roepen.
5 Ik weet dat slechtheidbij U geen standhoudten dat geen enkele goddelozeop uw bescherming kan rekenen.
6 Hoogmoedige zondaarskunnen uw onderzoekende blik niet doorstaan,omdat U hun slechte daden haat.
7 Om hun leugens zult U hen vernietigen,U verafschuwt moord en bedrog, Here.
8 Ik zelf mag dankzij uw genade en liefdeuw tempel binnengaan.Met diep ontzag zal ik U eren.
9 Here, wilt U mij leiden?Anders zullen mijn vijanden over mij zegevieren.Wilt U mij duidelijk maken wat ik moet doenen welke weg ik moet inslaan?